Daslook, Allium ursinum L.

ENG: BEAR GARLIC FR: AIL DES OURS DUI: BÄRENLAUCH

FAMILIE: LOOKFAMILIE OF ALLIACEAE

Ook in deze familie: kraailook (Allium vineale), berglook (A. carinatum), bieslook (A. schoenoprasum), slangenlook (A. scorodoprasum).

BESCHRIJVING:

  1. Meerjarig

  2. Daslook wordt tot 40 cm hoog

  3. De bladeren zijn langwerpig, hebben een gave bladrand en lopen uit in een punt. 

  4. Uit een knol groeien 2 tot 3 groene bladeren. 

  5. Als je de bladeren kneust hebben ze een sterke lookgeur. 

  6. In bossen of tuinen vormen ze een uitgestrekt tapijt. 

  7. De stervormige bloemen zijn wit en staan in bollen op de steel. Ze bloeien van april tot juni en tellen 6 kroonblaadjes.

  8. Bij daslook vind je één blad per steel

  9. Het kleine zwarte zaad zit in een doosje met drie kamers.

EETBARE DELEN

blad, wortel (knol), bloem en zaad

INHOUDSSTOFFEN

De typische lookgeur die bij het kneuzen van het blad van daslook vrijkomt is afkomstig van etherische olie in combinatie met zwavelverbindingen (zoals alliïne) die in de plant aanwezig is. Daslook bevat verschillende inhoudsstoffen waaronder veel vitamine A en C, kalium en mangaan.

ECOLOGIE: WAAR TE VINDEN

Groeit in loofbossen, duinen en parken. Verkiest schaduwrijke, humusrijke, vochtige en kalkhoudende bosgrond. Floreert in aanwezigheid van water. Relatief zeldzaam in België en Nederland, lokaal wel in grote hoeveelheden. Inheemse plant in Europa. Je kan deze plant zelf aanplanten thuis, mits je kan voldoen aan de geliefkoosde ecologie van daslook. Plant deze zeker niet in volle zon want de bladeren zullen verbranden.

SMAAK

Hele plant smaakt en ruikt naar look.

ALGEMEEN

De eerste keer dat ik besefte dat het tapijt van planten rondom mij in het bos daslook was, was een magisch moment. Elke keer als ik een wandeling begeleid in het voorjaar met mensen die nog nooit van daslook hebben gehoord krijg je steeds hetzelfde effect. Wauw.

Je merkt het al wanneer je door de bossen loopt en een subtiele look geur ruikt, die vooral vrijkomt bij het kneuzen van de bladeren. Het is een van de meest dankbare planten, zowel in de keuken als in de tuin.

Daslook is een echte voorjaarsplant en een van de vele soorten van de lookfamilie die terug te vinden zijn in de natuur. De plant kent een lange gebruikstraditie. Dat zou de gelijkenis in naamgeving in verschillende talen kunnen verklaren: bear garlic (Engels), berenlook (Nederlands), ail des ours (Frans), Bärenlauch (Duits), Xepevia (Russisch), Ramslök (Zweeds). 

IN DE KEUKEN

Op vele plekken in Europa zijn er traditionele gebruiken met daslook. In Servië plukte ik het samen met de nationale televisieheld Jovan Memedovic. Bij ons wordt ze vooral in pesto gebruikt, maar je kan daslook toevoegen aan heel wat gerechten. Daslook is een mooi voorbeeld van een plant die wijd verspreid is en in verschillende keukens en culturen anders gebruikt wordt. Een erg veelzijdige en toegankelijke plant, cultureel en historisch erg waardevol. 

De typische knoflooksmaak verdwijnt bij het drogen. Je gebruikt de plant dus best vers en kan ze plukken in het voorjaar, voor en tijdens de bloei.

De bladeren en stelen kan je meestoven in je gerechten, deze verkleinen met de warmte net zoals spinazie. Gewokt samen met sojasaus en sesamzaad is het één van mijn lievelingsgerechten!

Je kan ze ook versnipperen in een salade of er soep of pesto van maken.

De bloemen zijn mooi om gerechten te garneren en smaken naar look. Aan het einde van de lente kan je ook het zaad oogsten en gebruiken, deze kan je zowel vers als gedroogd eten.

In juni verdwijnt het bovengrondse deel van de plant en moet je onder de grond op zoek naar de knolletjes. Als ze in je tuin staan, kan je ze uitgraven. Deze kan je in principe het hele jaar door vinden. Het zijn de moederknollen waar je naar op zoek moet, en hoe dieper je graaft, hoe groter de knol (max 5-10 cm). Graaf niet alle knollen uit, want hoewel daslook zich ook vermeerdert via zaad zijn de knollen belangrijk voor de vermeerdering van daslook.

LOOKALIKES !!GEVAARLIJK!! DODELIJK!!

Daslook is één van de gemakkelijkste, doch een van de moeilijkste en gevaarlijkste planten om te plukken. Het is dan ook een van meest voorkomende vergiftigingen als het over wildplukken gaat. Hoewel de lookgeur, die bij elk deel van de plant vrijkomt na kneuzing zeer duidelijk is, is het me toch al opgevallen dat mensen deze vergissen met gevaarlijke lookalikes, waarvan de meest gekende de gevlekte aronskelk (Arum maculatum) en het lelietje-van-dale (meiklokje) zijn. Gevlekte aronskelk staat nagenoeg altijd tussen daslook, en is licht-toxisch. Het zijn vooral de jonge blaadjes waar je sterk voor moet opletten. Lees er meer over in de fiche van de gevlekte aronskelk. Het lelietje-van-dale (Convallalaria majalis) is een absoluut gevaarlijke plant en kan je vergissen met de daslook, gezien deze ook in grote aantallen doorheen het bos kunnen groeien. Ook hier vergissen de meeste mensen zich met de jonge bladeren. Herfststijlloos (Colchicum autumnale) is eveneens een sterk giftige plant die lijkt op daslook bladeren, maar is eerder zeldzaam, waardoor een vergissing vrij onwaarschijnlijk is. Je leest alle details in de afzonderlijke fiches.

Daslook versus lelietje-van-dalen de grote verschillen

  • Daslook ruikt altijd naar look, lelietje-van-dale ruikt nooit naar look

  • Breek of plooi je het blad van de daslook, dan “kraakt” de nerf in tegenstelling tot het lelietje-van-dalen, dat niet kraakt bij het breken van het blad

  • Daslook heeft aan de onderkant van het blad een duidelijke nerf, die je ook met gesloten ogen goed kan voelen, lelietje-van-dale heeft een zachte ronding waar je gemakkelijk over wrijft

  • Daslook heeft een schijnende groene bovenkant, en aan de onderkant van het blad is deze niet blinkend en lichter groen. Bij het lelietje-van-dale is deze blinkend groen langs beide kanten

  • Daslook groeit met stelen en bladeren uit de knol, terwijl lelietje van dale zijn bladeren op de steel zelf aanmaakt.

  • Daslook heeft een sterbloem, lelietje-van-dale heeft welriekende klokjes

Daslook versus gevlekte aronskelk de grote verschillen

  • Daslook ruikt altijd naar look, aronskelk ruikt nooit naar look

  • Gevlekte aronskelk kan vlekken op zijn blad hebben, daslook niet

  • Het blad van aronskelk heeft een sterk glimmende, donker groene bovenkant

  • In een ouder stadium krijgt de Aronskelk een pijlvorm

  • Aronskelk heeft aan de onderkant van zijn blad een uitgebreide nervatuur die doet denken aan een spinnenweb

VARIA

Het verhaal gaat dat dassen gek zijn op deze plant, de Latijnse (en Engelse) naam verwijst echter naar beren. Deze eten deze plant graag na hun winterslaap, vandaar wellicht. In het Frans ail des ours, in NL ook wel berenlook genoemd. Wat zeker is: kennis van daslook is heel oud, want in heel veel Europese talen vind je de verwijzing naar beren terug. 

Wanneer je daslook droogt verdwijnt het meeste aroma, ik raad daarom aan deze plant vers te gebruiken in de keuken. Rauw eten kan, maar smaak is zeer intens en spijsvertering kan wat overstuur raken. Ook in bijvoorbeeld pesto best zuinig zijn met daslook. Wanneer je daslook kookt of bakt verdwijnt de scherpe smaak en kan je gerust grote hoeveelheden bereiden. Als voedselbron dus interessanter als je deze plant opgewarmd verwerkt. 

Het geweldige aan daslook is dat het vindbaar en bruikbaar is in elk seizoen. Hoewel je de plant bovengronds enkel kan waarnemen vanaf maart tot eind juni, blijft ze buiten die periode ook bruikbaar want de energie wordt opgeslagen in smakelijke knolletjes. Deze zijn erg gelijkaardig aan de ons bekende knoflook, maar iets milder van smaak. Als je dus weet of onthoudt waar daslook in de lente groeit, kan deze het hele jaar door oogsten. Familie van look, ui en prei.