De lente is vroeg dit jaar: 11 wilde eetbare planten die je nu kan gaan oogsten
De lente is er vroeg bij dit jaar. Jonge brandnetels komen her en der tevoorschijn, de daslook duikt al op in het bos en de natuur maakt zich klaar voor een nieuw seizoen. Vroeger dan normaal zijn er al heel wat eetbare voorjaarsplanten te vinden. Met deze lijst pluk je op je wandelingen heel wat lekkers mee voor de maaltijd.
Alvorens je gaat plukken, lees je je best even in in de regels van de wildpluk. Hier vind je alvast een introductie tot wildplukken.
Twee belangrijke regels zijn:
Pluk enkel planten die je kent en waar je 100 procent zeker van bent dat ze eetbaar zijn.
Pluk enkel wat je nodig hebt en pluk niet alles op één plek of aan één plant, maar laat nog genoeg over voor de natuur.
Kom naar een van onze wildplukwandelingen of neem deel aan de jaaropleiding
1.Brandnetel
De brandnetel is misschien wel een van de bekendste en meest gebruikte wilde eetbare planten. Ze bevat veel vitaminen en mineralen en is zeer geschikt voor tal van bereidingen. Vroeger was het zelfs een vast een ingrediënt van onze “paling in ‘t groen”.
Het gedroogde blad kan je gebruiken voor thee en de verse bladeren passen in stoofpotjes of soep. Je kan er ook lekkere brandnetelchips van maken door ze in te strijken met olijfolie en kruiden. Vijf minuutjes de oven in en je hebt een gezonde snack.
2. Daslook
Deze plant verspreidt zich in de lente als een tapijt door het bos en je herkent haar tijdens wandelingen makkelijk aan de typische lookgeur. Ze is dan ook lid van de lookfamilie. De voorjaarsplant kent een lange geschiedenis op zowel medicinaal als culinair vlak en is heel leuk om te verwerken in verschillende gerechten.
Maak bijvoorbeeld eens daslookpesto of meng de bladeren in een slaatje.
Let wel op dat je geen aronskelk of lelietje-van-dalen plukt, die groeien vaak tussen de daslookplanten en zijn erg giftig!
!! Daslook is een beschermde soort, pluk met mate en graaf zeker de wortel niet mee uit. De plant kan zich dan niet meer voortplanten of verspreiden. Elk jaar zijn er verhalen van mensen die massaal daslook gaan plukken en leeggeplukte plekken achterlaten in het bos. Dat kan niet de bedoeling zijn van wildpluk, we willen de natuur namelijk niet te veel verstoren. Tegenwoordig vind je ook vaak daslook bij mensen in de tuin.
3. Zevenblad
Ook zevenblad begint alweer te groeien, deze eetbare plant herken je makkelijk aan haar zeven blaadjes. Ze bevat veel vitamine C en bètacaroteen of provitamine A, wat zich in het lichaam omzet naar vitamine A. De Engelse naam “Ground Elder”, wijst op de bladeren die lijken op de bladeren van de Vlier (Elder in Engels).
De jonge blaadjes gebruik je zoals spinazie en ook de jonge steeltjes zijn lekker en voedzaam.
4. Fluitenkruid
Foto: http://www.versvancees.nl/product/eetbare-bloemetjes/fluiten-kruid-eetbare-bloemetjes/
Als lid van de schermbloemigen met witte bloemetjes is ze soms makkelijk te verwarren met gelijkende oneetbare (!en dodelijke!) kruiden zoals waterscheerling en dolle kervel. Als je echter eenmaal weet hoe fluitenkruid eruit ziet is het een fijne plant om mee te werken in de keuken. Pluk deze plant enkel samen met een kenner!
De bloemen gebruik je als garnituur, de bladeren zonder steel kan je verwerken in soep zoals kervel. Zorg er wel voor dat je de blaadjes pas op het einde toevoegt, want te lang koken kan je soep een bittere smaak geven.
5. Wilde bieslook
Bieslook is een kruid dat veel gebruikt wordt in de keuken. Maar de wilde variant, die een inheemse soort is, is even lekker in je gerechten. Het leukste is dat je ze in het wild kan gaan plukken.
In de lente zijn ook de typische paarse bloemetjes eetbaar. Je vindt wilde bieslook vooral terug langs rivieren, waterlopen en in grasweiden.
6. Veldkers
Over de hele wereld zijn wel meer dan 150 soorten veldkers te vinden! Dit kleine, lekkere plantje dat ook bij ons groeit, kan je gebruiken in een slaatje of als garnituur op je boterham.
Ze wordt eigenlijk beschouwd als een wintergroente, maar nu vind je ze zeker ook nog in de natuur.
7. Wilde veldsla
Foto: wilde-planten.nl
Veldsla kennen we allemaal wel als gecultiveerde sla variant in de winter. Maar dit plantje vind je deze periode ook terug in het wild. Vroeger werd het ook wel korensla genoemd, omdat het vaak als onkruid op de akkers tussen het wintergraan groeide.
8. Paardenbloem
Deze herkenbare gele bloemetjes beginnen nu al hun groene bladrozet te vormen. Ook dit is een van de bekendste en meest gebruikte wilde eetbare planten. De volksnaam ‘pisbloem’ of het franse ‘pissenlit’ (pis en lit) wijst op de vochtafdrijvende werking, wat ervoor zorgt dat je veel moet plassen.
Alles van de paardenbloem is eetbaar, maar nu is het vooral het jonge blad dat je kan gebruiken in een salade. Je kan ze na blancheren in warm water ook gebruiken als spinazie, want dan zijn de bittere stoffen eruit.
9. Sleedoorn
Foto: Wikipedia
In de herfst is deze voorloper van de ons bekende pruimen erg in trek voor haar bessen. Nu komt ze stilaan al in bloei en ook de bloemen zijn eetbaar!
De specifieke geur die de bloemen vrijgeven, doet denken aan bittere amandelen en is afkomstig van het blauwzuur. In grote hoeveelheden kan blauwzuur gevaarlijk zijn, maar in kleine hoeveelheden is er geen enkel probleem.
De bloemen kan je gebruiken als garnituur in salades of gerechten.
10. Echte kamille
Kamille is vooral gekend om zijn gebruik als kruid in infusies, maar meer en meer zijn er mensen die experimenteren met het gebruik ervan.
Heel aangenaam en verfrissend, zijn de jonge bladeren in het voorjaar, wanneer ze nog niet bitter zijn. Ze hebben een heel milde smaak die je rauw perfect kan verwerken.
11. Gewone berenklauw
Deze uiterst lekkere plant heeft veel van zijn imago verloren. Berenklauw wordt vaak onterecht beschouwd als een gevaarlijke of giftige plant. Dat is omdat ze vaak verward wordt met de grote berenklauw. Die is fototoxisch en kan onder invloed van zonlicht brandwonden veroorzaken. Dit effect is veel minder bij de gewone berenklauw, maar toch pluk je ze best niet op klaarlichte dag en doe je beter handschoenen aan.
Je kan de jonge scheuten en meristemen (de ongeopende knoppen in de oksels) gebruiken. De smaak is heel verrassend en erg lekker.
Bak de scheutjes in wat olijfolie in de pan en gebruik de meristemen bijvoorbeeld in een wokschotel. Van zodra de bladeren wat groter en ouder zijn worden ze hard en vezelig en verliezen ze veel van hun bijzondere smaak. Je kan ze dan wel nog steeds verwerken in een soep bijvoorbeeld.
Tekst: Roxane Hoedemakers
Leer jij graag meer over wilde eetbare planten? Bekijk onze online jaaropleiding wildplukken